De Hoge Raad heeft op 6 juni 2024 geoordeeld dat het systeem van box 3 sinds 2017 in strijd is met art 1 EP en art 14 EVRM. De Hoge Raad biedt rechtsherstel voor gevallen waarbij er nog geen definitieve aanslag is. Kan een belastingplichtige aannemelijk maken dat zijn werkelijke rendement in box 3 lager is dan het forfait? Dan wordt er geheven over het werkelijke rendement; een soort tegenbewijsregeling. De Hoge Raad heeft ook aangegeven hoe dit werkelijke rendement moet worden bepaald. Het werkelijke rendement wordt per jaar berekend over het gehele vermogen (inclusief banktegoeden) zonder aftrek van het heffingsvrije vermogen. Er vindt dus geen verliesverrekening over de jaren plaats.

 

Werkelijk rendement

Het werkelijke rendement bestaat uit het directe rendement (huur, pacht, rente) en het indirecte rendement (waardeontwikkeling). Hierbij moet je rekening houden met ongerealiseerde waardestijgingen en -dalingen van vermogensobjecten in box 3. Woningen moeten worden gewaardeerd op de WOZ-waarde, bedrijfspanden op de werkelijke waarde. Aangezien er moet worden gekeken naar het totale rendement over het gehele vermogen, bestaat er lang niet altijd recht op rechtsherstel. Een slecht jaar op de beurs kan bijvoorbeeld gecompenseerd zijn in datzelfde jaar door een positieve waardemutatie op vastgoed. Wat is in dat geval de voornaamste groep die geld terug zal krijgen dankzij de uitspraak van de Hoge Raad? Dit zullen vooral personen zijn die bijvoorbeeld alleen spaargeld en beleggingen hebben, en die in een bepaald jaar verlies hebben geleden. Personen met een vastgoedportefeuille zullen door de vaak positieve waardeontwikkeling een werkelijk rendement hebben dat hoger is dan het forfait. Daardoor hebben zij dan geen recht op rechtsherstel.

 

Actie: Je vindt het forfait in een jaar terug op je aanslag onder het ‘rendement op bezittingen aftrekbare schulden’.

Actie: Neem bij nieuwe definitieve aanslagen met box 3 contact met ons op, zodat we binnen 6 weken na de dagtekening van de aanslag bezwaar kunnen maken. Dit is belangrijk om jouw rechten te kunnen behouden.

 

Niet-bezwaarmakers

Personen die over oude jaren geen bezwaar hebben gemaakt, zullen de massaalbezwaarplus-procedure moeten afwachten die het RB voert. Daarin zal worden vastgesteld of ook niet-bezwaarmakers recht hebben op rechtsherstel. De bezwaarfase wordt momenteel afgerond, waarna beroep bij de rechtbank zal volgen. Het zal dus nog wel even duren voordat de Hoge Raad daar een definitief oordeel over heeft. Dit wordt op zijn vroegst pas in 2025 verwacht.